Het is vrijdagavond, 18:00 als de telefoon gaat, Siebren: “Ik sta bij de Haarlemsche Jachtclub en ik heb jullie nummer gekregen. Ik heb mijn leesbril in het water laten vallen bij de passantenhaven en deze wil ik eigenlijk heel graag terug, kunnen jullie helpen?” Natuurlijk kunnen we dat.
Ik had net de oven aan staan, een pan op het vuur en ben de groenten aan het snijden. Tijdens het julienne snijden van de wortel bel ik een rondje, op zoek naar een kantwacht. Dave staat bij een bruiloft, Jasper is les aan het geven en Jerry is druk met de voorbereidingen voor de marathon van Rotterdam. Amanda kijkt mij vragend aan: “zal ik mee gaan?”
Een uur later, na lekker gegeten te hebben zitten we in de auto vanuit Rotterdam naar de Haarlemsche Jachtclub. We kennen Clemens de Havenmeester inmiddels al een beetje, hij heeft zelfs (heel verstandig) onze naam op het mededelingenbord gehangen.
Eenmaal aangekomen maken we een praatje met Clemens en komt Siebren aangelopen. Hij kan duidelijk aanwijzen waar hij zijn bril is verloren. We zijn vanavond een goed geoliede, de boei ligt binnen de kortste keren in het water, mijn lampen liggen zo klaar en ik bouw ondertussen mijn set op.
De bovenste waterlaag is helder, tot een meter of 2, daarna wordt het zicht minder, maar hebben we altijd nog 50-75 cm over als het zicht hetzelfde is als de vorige keer. Stiekem heb ik al lol, want ik wil onder water eigenlijk de bril van de beste man opzetten als ik boven kom. Maar dan moet ik deze eerst vinden.
Het water in, seinlijn vast, duiker ok en hup naar beneden. Binnen 2 minuten heb ik de bril gevonden en geef ik Amanda het teken via de seinlijn: duiker attentie, dan 2 rukken. Ondertussen ga ik op mijn knieën zitten, doe mijn ademautomaat uit, doe mijn duikbril af en doe mijn ademautomaat weer in. De oren van de bril steek ik onder mijn kap. Langzaam zwem ik naar boven.
Verbazing alom, want ik kom boven met de bril van Siebren, hij heeft het in eerste instantie niet eens door!
Leuke extra herinnering, we hebben er ook nog mooie beelden van: