We zijn op de terugweg, vanuit Delfzijl, na een succesvolle recovery als we een telefoontje krijgen. Een oude bekende: Jeremy.

Hij is zijn telefoon verloren tijdens het klussen aan zijn boot. We hebben hem eerder geholpen, half februari zonk zijn boot, daarop zaten zijn honden, een van de lichamen werd niet terug gevonden en hij schakelde ons in. Dat verhaal lees je hier.

Aalsmeer ligt op de route, dus natuurlijk gaan we helpen.

We spreken af bij de Kolenhaven, vanaf daar moeten we nog een stukje varen, de Westeinderplassen op.

De Westeinderplassen bij Aalsmeer behoren tot een veen- en plassengebied. De Plas (in de volksmond ook wel de Poel genoemd) is ontstaan door het afgraven van veen voor de turfwinning. In vroeger eeuwen waren er rond Aalsmeer ook nog de Oosteinderpoel, Schinkelpoel, Stommeer, Hornmeer, Legmeer en het Haarlemmermeer. Op het Haarlemmermeer na waren al die meren ontstaan door afgravingen. Door de vervening ontstond grondgebrek, dit werd bestreden door de veenplassen weer droog te leggen, daarmee startte men in de 17e eeuw. Eerst werd het Stommeer drooggemaakt (1650) en daarna het Hornmeer (1674).

In 1852 volgde het Haarlemmermeer, waarna ook de overige plassen werden ingepolderd. Alleen de Westeinderplassen bleven uiteindelijk over. De Westeinderplassen, die een oppervlakte van ruim 10 km² hebben, bestaan uit een grote plas en verschillende kleinere plassen. De plassen zijn met elkaar verbonden door een netwerk van kleine slootjes.

In de plassen bevindt zich een aantal eilandjes die alleen per boot bereikbaar zijn, de meeste zijn particulier bezit. Het zijn restanten van de legakkers die bij het vervenen gebruikt zijn om de turf op te laten drogen. Op een aantal ervan worden aardbeien en seringen gekweekt, maar de meeste zijn in gebruik voor recreatie. Mensen plaatsten er – voordat het verboden werd – vaak een zomerhuisje; later werd er alleen dagrecreatie toegestaan.

Jeremy was op een van de eilandjes aan het klussen toen hij per ongeluk zijn telefoon in het water schopte. Hij komt ons ophalen met een bootje, om naar een van bovengenoemde eilandjes te varen.

Omdat we niet heel veel ruimte hebben op het bootje trekt Marja alvast haar droogpak aan. Eenmaal aangekomen blijkt dat Jeremy de plek al goed gemarkeerd heeft, met een diepte van 1,5 meter moet de telefoon zo boven water zijn!

Nadat Marja in het water ligt doen we nog even een veilgheidscheck en dan is het tijd om de telefoon boven water te toveren..

Binnen een paar minuten is Marja alweer boven, met een werkende telefoon! Het varen duurde langer dan de duik! Op de terugweg praten we nog even over de eerdere duik, het is goed om te zien dat het beter met Jeremy gaat, maar ondanks dat hopen we hem niet te vaak te zien, want dat betekent dat hij weer wat in het water heeft liggen!