Vandaag was het weer topweer én topdrukte. We hebben aardig wat duiken op de planning staan, maar we hebben besloten: we schrijven niet meer van elke duik een uitgebreid verslag. Waarom? Nou, met vier duiken op een dag zijn we vier uur verder als we alles netjes willen uitschrijven én posten. Dan kiezen we toch liever voor nat worden en nog iemand extra helpen, dan voor typen. 😉
We zijn net uit het water geklommen als Jaap belt. Hij heeft een “Big Bag” in z’n schroef. En nee, dat is geen nieuwe bootterm.
Een “Big Bag is een grote, flexibele bulkzak, vaak gemaakt van geweven kunststof (polypropyleen), die gebruikt wordt voor opslag en vervoer van materialen en goederen. Letterlijk vertaald uit het Engels is het een “grote zak”. Dat klinkt ons bekend in de oren: eerder hadden we zo’n gevalletje in Hengelo (lees dat avontuur hier).
Maar vandaag geen Hengelo, we gaan richting Bolsward – een prachtig oud Elfstedenstadje in Friesland, met een rijke geschiedenis als handelsstad en wereldberoemd als geboorteplek van Titus Brandsma. En ja, ook bekend van Beerenburg.
Na een rit van ruim 2,5 uur komen we aan op een plek die verdacht bekend aanvoelt. En inderdaad: we hebben hier eerder gedoken, aan de overkant nog wel! (Check dat verhaal hier).
Schr(oef)ikkelijk vast
Jaap heeft z’n rechter-schroef flink vastzitten. Hij heeft zelf al een poging gewaagd om de kluwen kunststof te verwijderen, maar dat liep letterlijk spaak. Dus: spullen uit de auto, omkleden, set opbouwen en plons! Na vijf minuten puzzelen en friemelen is de schroef weer vrij.
Ik neem de “Big Bag” mee naar boven en geef hem aan. Via de zwemtrap klim ik eruit en word begroet door een nieuwsgierige buurvrouw: “Dank voor het avondprogramma!” roept ze, en verdwijnt weer naar binnen.
Koffie en connecties
Binnen wacht ons gelukkig iets veel belangrijkers: koffie! Hannie, Jaaps vrouw, heeft het al klaarstaan. En dat gaat er na zo’n rit en duik goed in. De verse gevulde koek slaan we, met tegenzin, over, anders pakken we straks niet meer in onze duikpakken.
Onder het genot van de koffie vraag ik hoe ze eigenlijk bij ons terecht zijn gekomen. “Via een andere booteigenaar,” zegt Jaap. “Die had een parasol in z’n schroef.” Ah, dát verhaal! Die duik voor Wim in Ossenzijl herinner ik me nog goed (lees ’t hier).
En nu komt de grap: de fender die Wim wilde redden toen het misging… die was dus van Jaap en Hannie. Wat is de wereld soms toch klein – en de waterwereld al helemaal!
Weer op koers
Jaap en Hannie kunnen morgen weer vrolijk verder varen, en wij? Wij rijden weer terug naar huis. Met een lege tank, een volle maag en een hoofd vol mooie ontmoetingen.
